Veel online informatie is openbaar en voor iedereen toegankelijk, soms zelfs zonder dat men zich daarvan bewust is. Dat was ook het geval bij een vrouw, met de fictieve naam Anne, die de schadeverzekeraar aansprakelijk stelde na een verkeersongeval. De verzekeraar heeft naar aanleiding hiervan de Facebookpagina van Anne bezocht en daar conclusies aan verbonden. De rechtbank onderzocht of de schadeverzekeraar in strijd met de gedragscode persoonlijk onderzoek handelde.
De feiten
Anne heeft een universitaire opleiding diergeneeskunde afgerond, waarbij zij zich heeft gespecialiseerd in diergeneeskunde bij paarden. Ze heeft vervolgens gedurende enige tijd als dierenarts in loondienst gewerkt bij een praktijk. In de periode van juli 2006 tot en met juli 2007 heeft Anne onder medische behandeling gestaan in verband met door haar ondervonden rugklachten, hoofdpijnklachten en vermoeidheidsklachten als gevolg van een verkeerd gezette ruggenprik. In april 2007 hebben Anne en haar partner (die zich ook professioneel met paarden bezighoudt) een boerderij met stallen en weidegrond aangekocht, met de intentie om daar een bedrijf op te richten.
Schadeverzekeraar aansprakelijk
Op 28 augustus 2007 is ze echter betrokken geweest bij een verkeersongeval, te weten een kopstaartbotsing. Ten tijde van het ongeval was Anne 28 jaar oud. Naar eigen zeggen heeft ze ernstige klachten overgehouden van het ongeval waardoor ze beperkt werd in haar persoonlijk leven, maar ook in de uitoefening van haar beroep. Ze heeft schadeverzekeraar Nationale Nederlanden aansprakelijk gesteld voor de door haar ten gevolge van het ongeval geleden letselschade en immateriële schade.
Causaal verband en omvang schade
Tussen de partijen zijn onderhandelingen gevoerd. Nationale Nederlanden heeft aan Anne voorschotten uitgekeerd ter hoogte van € 170.000,00. Tussen de partijen is een dispuut ontstaan omtrent – kort gezegd – de vraag welke schade in causaal verband staat tot het ongeval en wat daarvan de omvang is.
Inbreuk op persoonlijke levenssfeer
In mei 2013 heeft Nationale Nederlanden daarom een bureauonderzoek verricht naar het slachtoffer door na te gaan wat via voor het publiek toegankelijke internet was te vinden. Naar aanleiding daarvan is er in juni 2013 door een speciaal bureau een persoonlijk onderzoek naar het slachtoffer verricht vanwege verdenking van frauduleus handelen. Daarbij is onder andere gekeken naar het Facebookprofiel van Anne.
In de procedure stelde Anne dat er inbreuk is gemaakt op de persoonlijke levenssfeer waardoor de onderzoeksresultaten van Nationale Nederlanden niet als bewijs zouden worden gebruikt voor frauduleus handelen.
Oordeel rechtbank
Het slachtoffer had in de periode van 2007 tot en met 2013 stelselmatig opgegeven dat ze nauwelijks kon functioneren en onder meer hulp nodig had bij de verzorging van de kinderen. Het stond Nationale Nederlanden volgens de rechtbank vrij om bij het rijzen van twijfel over het waarheidsgehalte van de opgaaf van slachtoffer een feitenonderzoek in te stellen en dat feitenonderzoek uit te breiden naar internet. Dat Nationale Nederlanden daarbij ook Facebook raadpleegde, kan de verzekeraar niet worden tegengeworpen. Gegevens en foto’s werden daar door het slachtoffer “welbewust aan de openbaarheid prijsgegeven”.
Uit de gegevens bleek dat slachtoffer een zeer actief sociaal leven leidde, met veel paardrijactiviteiten en dat ze deelnam aan scholingsactiviteiten van haar werk als dierenarts. Een en ander bracht met zich mee dat Nationale Nederlanden terecht gerede twijfel had. De rechtbank Noord-Nederland achtte daarom dat er geen sprake was van strijd met de gedragscode persoonlijk onderzoek.
Meer weten over letselschade en aansprakelijkheid? Neem contact op met een letselschadespecialist.
Rechtbank Noord-Nederland, 26-11-2014, ECLI:NL:RBNNE:2014:6661