Het Gerechtshof in Den Bosch heeft uitspraak gedaan in een zaak waarin het ging om de vraag of het iemand meenemen in je val na struikelen als onrechtmatige daad kan worden geclassificeerd.
Feiten en omstandigheden
Een aantal vrienden was op een zomeravond bij het slachtoffer in de tuin om gezellig wat te drinken. Bij de tuin was een aangrenzend binnenzwembad en een terras dat gelegen was boven het zwembad. Het terras was via een trap in de tuin te bereiken.
Op een gegeven moment ging een van de vrienden naar binnen om te gaan zwemmen. Precies op dat moment kwam het slachtoffer naar buiten. Omdat de man die naar binnen ging over de drempel struikelde, kwam hij in botsing met het slachtoffer en nam hem mee in zijn val. Het slachtoffer liep daarbij letsel op.
Aansprakelijk voor meenemen in struikelpartij
Het slachtoffer achtte zijn vriend aansprakelijk voor zijn letsel omdat hij een ongebruikelijke looproute zou hebben genomen en harder zou hebben gelopen dan gebruikelijk is. Door het struikelen nam de vriend het slachtoffer mee in zijn val.
Deelgeschil
Omdat buiten rechte de aansprakelijkheid niet werd erkend, heeft het slachtoffer de zaak aan de deelgeschilrechter voorgelegd. De rechtbank oordeelde dat de waarschijnlijkheid dat het gedrag van de man (het naar binnen lopen en struikelen) de botsing zou veroorzaken niet zo groot wat dat de man zich van die gedraging zou moeten onthouden. De rechtbank oordeelde dat sprake was van een ongelukkige samenloop van omstandigheden.
Hoger beroep
Het slachtoffer was het niet eens met het oordeel van de deelgeschilrechter en ging in hoger beroep. Opnieuw werden de looproute, de snelheid en het struikelen als onrechtmatig gepresenteerd.
Het Hof oordeelt dat in de looproute van de van – onder de trap door in plaats van er omheen – geen enkel onrechtmatig aspect ligt besloten. Het Hof komt verder tot het oordeel dat het looptempo van de man niet zo hoog kan zijn geweest dat het als gevaarzettend kan worden aangemerkt.
Het Hof vervolgt met het oordeel dat struikelen an sich niet onrechtmatig is. Dat is pas anders indien sprake is van roekeloosheid en dat voorzien kon worden dat derden bij een eventuele val meegenomen konden worden in die val.
Conclusie van het Hof
Het Hof besluit met de overweging: “Het leven van alledag wordt onwerkbaar indien te allen tijde van iedereen de hoogste zorgvuldigheid en oplettendheid zou worden geëist. Mensen zijn soms minder handig en daar kunnen, soms, andere mensen de dupe van worden. Dat valt, bezien vanuit de optiek van die andere mensen – de “slachtoffers” – onder de gevaren van alledag die voor risico van dat slachtoffer zelf komen.
In het onderhavige geval ware het wenselijk geweest indien de man een grotere mate van oplettendheid en behoedzaamheid in acht had genomen dan hij feitelijk heeft gedaan, maar dat hij dat niet heeft gedaan maakt zijn gedrag nog niet onrechtmatig jegens het slachtoffer .’
Letselschadeadvocaat in Utrecht
Meer informatie over aansprakelijkheid na een ongeluk? Neem contact op met een letselschadeadvocaat van Utrecht Letselschade Advies. Wij hebben ruime ervaring met complexe zaken en denken graag met u mee. Vul ons contactformulier in of bel direct naar 030 340 0014
Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch, 28-06-2016, ECLI:NL:GHSHE:2016:2628