Als gevolg van de dichte mist is er op dinsdagochtend 15 september 2014 op de A58 in de richting van Vlissingen een ernstige kettingbotsing ontstaan. Bij de kettingbotsing waren 150 auto’s betrokken. Er zijn twee mensen overleden en vele gewonden gevallen.
Aansprakelijkheid bij kettingbotsing
De beoordeling van de aansprakelijkheid bij een kettingbotsing is problematisch. Een auto wordt vaak meermalen door de schuld van verschillende achteroprijders beschadigd.
In de praktijk wordt vaak degene aangesproken die achterop is gereden. De botsing doet immers vermoeden dat de achterop-rijder onvoldoende afstand heeft bewaard en onvoldoende oplettend is geweest. De voorliggende auto die schade vordert, dient de feiten te bewijzen waaruit blijkt dat de achteroprijder niet goed heeft opgelet.
Het enkele feit dat de achterliggende auto niet op tijd tot stilstand is gekomen, levert op zichzelf echter nog geen aansprakelijkheid op. Het kan bijvoorbeeld mogelijk zijn dat de voorliggende auto nodeloos en onverwacht krachtig heeft geremd, dat de achterligger geen verwijt treft.
De achteroprijder is dus niet altijd aansprakelijk voor een kettingbotsing.
Schade na kettingbotsing
Utrecht Letselschade Advies heeft ervaring met het afhandelen van grote kettingbotsingen. Zo hebben wij cliënten bijgestaan die betrokken waren bij de kettingbotsing van 18 januari 2006 op de A28 bij Assen toen meer dan 200 auto’s in beide richtingen op elkaar reden naar aanleiding van rookpotten die door defensie waren gebruikt.
Geen enkele verkeerssituatie is hetzelfde. Utrecht Letselschade Advies kan u informeren over de juiste aanpak bij het verhaal van uw schade. Wij hebben ruime ervaring bij de behandeling van letselschade na een verkeersongeval.