Recent heeft de rechtbank Rotterdam een interessant vonnis uitgesproken over shockschade.
Feiten
Een vrouw fietst met haar dochter achterop in de bebouwde kom in Krimpen aan den IJssel. Een vrachtwagen met aanhanger wil het tweetal passeren ter hoogte van een paaltje op een middenheuvel op de rijbaan. Om het paaltje te kunnen passeren, stuurt de chauffeur nog wat naar rechts. Bij het passeren ziet de chauffeur het tweetal nog naast hem fietsen. Hij keek weer vooruit en toen voelde hij dat hij ergens overheen reed. De moeder met haar dochter waren door hem overreden.
Bij het ongeval raakt de moeder zwaargewond en de dochter overlijdt ter plaatse. De vader kwam ongeveer vijf minuten nadat zijn vrouw en dochter naar het ziekenhuis waren overgebracht op de plaats van het ongeval. Aldaar werd hij geconfronteerd met bebloede lakens waar zijn dochter mee afgedekt was, alsmede stoffelijke resten van zijn dochter die niet waren afgedekt.
PTSS
De vader raakte hevig geëmotioneerd. Hij ontwikkelde een post traumatische stress stoornis (PTSS) en een depressie. Ten gevolge van het psychische letsel raakte hij gedeeltelijk arbeidsongeschikt waarvoor hij een WIA uitkering ontvangt.
De vader stelt de verzekeraar van de vrachtwagen aansprakelijk voor de schade die hij lijdt ten gevolge van de shock. Het UWV vordert als regresnemer dat de verzekeraar aansprakelijk is voor de kosten die zij heeft gemaakt en nog zal maken als gevolg van de arbeidsongeschiktheid van de vader. Omdat de verzekeraar de aansprakelijkheid voor vader en het UWV niet wil erkennen, is de zaak aan de rechter voorgelegd.
Verzekeraar vrachtwagen aansprakelijk voor shockschade?
Aan de hand van de eerder door ons besproken criteria van het Taxibus-arrest wordt beoordeeld of de verzekeraar van de vrachtwagen aansprakelijk is voor de shockschade van de vader. Er dient sprake te zijn van een overtreding van een verkeers- of veiligheidsnorm, waardoor een persoon als gevolgen van de confrontatie van het ongeval psychisch letsel oploopt.
De rechtbank oordeelt dat de vrachtwagenchauffeur onrechtmatig heeft gehandeld door op een onveilige plek de moeder met haar kind in te halen. Er is een onrechtmatige daad (art. 6:162 BW) gepleegd door overtreding van een verkeers- of veiligheidsnorm. Doordat de vader met de gevolgen van het ongeval geconfronteerd is, is ook jegens hem een onrechtmatige daad gepleegd.
De tweede vraag die de rechtbank beantwoordt, is of de vader psychisch letsel heeft opgelopen door de confrontatie van het ongeval. Ook daar zegt de rechtbank van dat daar sprake van is.
Toewijsbare schade bij shockschade
De verzekeraar stelt dat uit het Taxibus-arrest volgt dat alleen immateriële schade voor vergoeding in aanmerking komt bij shockschade. Dat die stelling onjuist is, licht de rechtbank toe. Artikel 6:162 BW bepaalt dat de schade ten gevolgen van onrechtmatig handelen moet worden vergoed. Uit artikel 6:95 BW volgt dat het gaat om materiële en immateriële schade. Jegens de vader is onrechtmatig gehandeld dus hij kan zowel materiële als immateriële schade vorderen.
Over de vordering van het UWV als regresnemer oordeelt de rechtbank als volgt. In artikel 52a Ziektewet en artikel 99 Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen staat dat het UWV de aan de vader verstrekte uitkeringen mag verhalen op degene die aansprakelijk is voor de gevolgen van de door zijn schuld veroorzaakte arbeidsongeschiktheid. Het UWV mag de schade op grond van artikel 6 WAM rechtstreeks op de verzekeraar van de vrachtwagen verhalen.
Nu de rechtbank zich heeft uitgelaten over de aansprakelijkheid, kunnen partijen zich over de omvang van de schade buigen.
Letselschade advocaat bij shockschade
Neem voor meer informatie over shockschade contact op met een letselschade advocaat van Utrecht Letselschade Advies.
Rechtbank Rotterdam, 16-12-2015, ECLI:NL:RBROT:2015:9882